In alle provincies is de werkloosheid lager dan drie jaar geleden, vooral in Flevoland, Friesland en Limburg. Toch ligt de werkloosheid overal nog boven het niveau van het derde kwartaal van 2008, net voor de economische crisis. Ook nam in alle provincies het aantal openstaande vacatures en de spanning op de arbeidsmarkt toe, het meest in Zeeland en het minst in Zuid-Holland. Dat meldt CBS. Afbeeldingsresultaat voor arbeidsmarkt provincies

In het derde kwartaal van 2016 was gemiddeld 5,6 procent van de Nederlandse beroepsbevolking werkloos. De werkloosheid was met 7,1 procent het hoogst in de provincie Groningen. Deze provincie loste in 2015 Flevoland af dat daarvoor de hoogste werkloosheid kende. Zeeland heeft al jaren de laagste werkloosheid: 3,5 procent in het derde kwartaal van 2016.

Overal meer spanning op de arbeidsmarkt
Het aantal werklozen per vacature geeft een indicatie van de spanning op de arbeidsmarkt. De spanning neemt toe naarmate er minder werklozen per openstaande vacature zijn. De arbeidsmarkt wordt dan krapper. In het derde kwartaal van 2016 was de arbeidsmarkt het krapst in Zeeland, waar het aantal werklozen en het aantal vacatures vrijwel in evenwicht waren. De arbeidsmarkt was het ruimst in Zuid-Holland. Daar waren vijf werklozen per openstaande vacature. De afgelopen drie jaar is in alle provincies de spanning op de arbeidsmarkt toegenomen, het meest in Zeeland en het minst in Zuid-Holland.

Meer banen van werknemers
In december 2015 waren er in alle provincies in Nederland meer banen van werknemers dan in december 2013. Niet in alle provincies was er in deze jaren een jaarlijkse stijging van het aantal banen. In Drenthe nam het aantal banen tussen 2013 en 2014 nog wel toe tot bijna 195 duizend; in 2015 liep dit licht terug tot bijna 194 duizend. In Overijssel was er sprake van een lichte afname tussen 2013 en 2014, maar steeg het aantal banen in 2015 weer naar 518 duizend.

De provincies waar in absolute zin het aantal werknemersbanen het meest toenam in deze periode zijn achtereenvolgens Noord-Holland, Zuid-Holland en Noord-Brabant. Ook in relatieve zin nam in Noord-Holland het aantal banen het meest toe, 3,7 procent tussen 2013 en 2015. Op de tweede plaats staat Noord-Brabant met 2,4 procent en in Zuid-Holland, Groningen en Friesland steeg het aantal banen in deze periode met 2,1 procent.

In de krimpregio’s, de regio’s waar de bevolking is afgenomen, bleef het niveau stabiel met lichte afnames en een enkele toename van het aantal werknemersbanen. Alleen de krimpregio’s Achterhoek en Zuid-Limburg laten in deze twee jaren een stijging zien van het aantal werknemersbanen. Eerder was sprake van een bovengemiddelde daling in de krimpregio’s.

 

Bron: CBS