Ook voor het bedrijfsleven is ‘duurzame inzetbaarheid’ nu topprioriteit. Hoe zorg je ervoor dat het personeel gezond en gemotiveerd de eindstreep kan halen?

Negentig procent van de werkgevers geeft aan maatregelen te willen nemen om hun werknemers langer vitaal en vakbekwaam te houden. Ruim driekwart biedt hiertoe scholing aan, tweederde van de organisaties bekijkt de mogelijkheid voor het personeel om minder uren te werken, en verder wordt er ingezet op aanpassing van de werkzaamheden en meer thuiswerken.

Dat blijkt uit onderzoek onder ruim duizend medewerkers personeelszaken door salarisverwerker ADP, uitgeverij Performa en adviesbureau Berenschot. Tweederde van de personeelsmanagers ervaart nu al knelpunten of verwacht deze binnenkort met werknemers die niet mee kunnen komen, voor wie de werkdruk te hoog is of die kampen met gezondheidsproblemen.

“Na een aantal jaren lijkt het ‘bulldozer-effect’ voor het thema duurzame inzetbaarheid doorbroken”, meldt het onderzoeksrapport HR-trends. De ondervraagden geven immers al jaren aan dat er grote kans is dat dit onderwerp het volgende jaar belangrijk zou worden, maar steeds werd dat het niet. Tot nu dan. Dat werd ook wel tijd, want bij slechts vijf procent van de werkgevers zit het thema nu al helemaal in de genen van de leidinggevenden.

De meeste andere werkgevers hebben het beleid om mensen gemotiveerd en gezond te houden tot de AOW-gerechtigde leeftijd redelijk op orde, maar zijn nog zoekende wat er verder moet gebeuren. Hoe ondersteun je personeel zodat ze zich voortdurend blijven ontwikkelen en met plezier naar het werk gaan?

Te weinig flexibel

Het is niet alleen aan de baas om actie te ondernemen, zeggen de adviesbureaus. Werknemers zouden zich zelf ook meer moeten bezig houden met hun eigen inzetbaarheid. “Zij moeten levenslang blijven leren, ook al is het maar twee uur per week”, zegt arbeidsdeskundige Marga Bouts. “Werknemers zijn nu nog te weinig flexibel en onvoorbereid op een andere omgeving.”

Inmiddels past al bijna de helft van de bedrijven het takenpakket van de werknemers enigszins aan zodat ze langer kunnen doorwerken. Vooral in de landbouw en bij de overheid gebeurt dat. In 2010 deed nog maar tien procent van de bedrijven dat.

De overheid ondersteunt ook initiatieven om werkenden langer gezond en vitaal aan het werk te houden. Het ministerie van sociale zaken heeft een potje van 12,5 miljoen euro gevonden in het Europees Sociaal Fonds (ESF) voor projecten gericht op het verminderen van werkstress, goed werkgeverschap en vitaliteit op de werkvloer.

Het goede voorbeeld

Als goed voorbeeld noemt het ministerie het installatiebedrijf Feenstra. Dat gebruikte eerder ESF-budget voor haar 1500 monteurs. Die rijden het hele land door en voeren fysiek zware werkzaamheden uit, zoals het tillen van verwarmingsketels. Feenstra bood al haar werknemers een vrijwillige gezondheidscheck aan. Gevolgd door een coachingsgesprek waarin doelen werden opgesteld waar de deelnemer aan wil werken. Dat kon op fysiek vlak maar ook op mentaal vlak liggen.

Vervolgens waren er nog zes workshops: bewegen, ontspanning, slaap, stress, voeding en balans werk-privé. In totaal deden 650 werknemers mee. Het bedrijf is positief over de veranderingen die zij zien op de werkvloer. Er wordt meer gesproken over gezonde voeding en over sporten én werknemers eten vaker salades en bewegen meer. Of het verzuim ook is gedaald, is nog niet te zeggen.

 

Bron: https://www.trouw.nl