Het is deze week tropisch warm voor Nederlandse begrippen en dat is ook te merken op de werkvloer. Voor sommige werknemers voelt het als te warm, maar de Arbowet schrijft geen maximale temperatuur voor op de werkvloer.
In artikel 6.1 van het Arbobesluit staat dat de temperatuur op de arbeidsplaats (tool) geen schade mag veroorzaken aan de gezondheid van de werknemers. Is dat wel het geval? Dan moet de werkgever persoonlijke beschermingsmiddelen(PBM) ter beschikking stellen. Als die niet helpen, moet hij de duur van de arbeid beperken of zorgen dat werknemers regelmatig afwisselen tussen hitte (tool) en een ruimte waarin geen schade aan de gezondheid kan ontstaan.
Werkgever hoeft zich niet aan vuistregels te houden
Toch zijn er wel vuistregels, maar een werkgever is niet verplicht om zich eraan te houden:
- maximaal 30 graden bij zittend kantoorwerk;
- maximaal 28 graden bij licht lichamelijk werk;
- maximaal 26 graden en een voelbare luchtstroom bij intensief werk, maximaal 25 graden zonder voelbare luchtstroom;
- maximaal 25 graden en een voelbare luchtstroom bij zeer intensief werk, maximaal 23 graden zonder voelbare luchtstroom.
OR kan voorstel doen om hitte dragelijk te maken
Een werkgever doet er goed aan om maatregelen te nemen bij hitte. Dat is niet alleen goed voor de werknemers, maar ook voor de organisatie. Hoe hoger de temperatuur op de werkvloer is, hoe lager de productiviteit van de werknemers. Ook de ondernemingsraad (OR) kan actie ondernemen als de raad signalen krijgt van de achterban dat het te warm is op de werkplek. Zo kan de OR een voorstel doen om te werken volgens een tropenrooster of om extra pauzes in te lassen.
Bron: https://www.rendement.nl/