Dit jaar kon het demissionaire kabinet met Prinsjesdag niet veel melden. Toch bevat de begroting van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) een aantal interessante zaken voor HR. Een selectie daarvan vindt u hierna.

Prinsjesdag betekent vooral kleine veranderingen voor HR

LKV en minimumjeugdloonvoordeel

U heeft vanaf 1 januari 2018 niet meer te maken met de premiekortingen voor jongere, oudere en arbeidsgehandicapte werknemers. In plaats daarvan komen loonkostenvoordelen (LKV’s). Deze gelden voor ouderen en mensen met een arbeidsbeperking. Verder kunt u vanaf 1 januari 2018 het minimumjeugdloonvoordeel ontvangen, een tegemoetkoming voor jongeren van 18 tot en met 21 jaar. Dit compenseert u voor het hogere minimumjeugdloon vanaf 1 juli 2017.

Ondergrens voor opdrachtovereenkomsten

Per 1 januari van het komende jaar geldt het wettelijk minimumloon ook voor mensen die werken vanuit een opdrachtovereenkomst en die geen ondernemer zijn volgens de Belastingdienst. Vanwege een motie in de Eerste Kamer heeft het kabinet beloofd dat het wettelijk minimumloon ook gaat gelden voor mensen die vanuit een andere overeenkomst werken, denk hierbij aan aanneem-, uitgeef-, of vervoersovereenkomsten. Ook hier geldt de uitzondering van fiscaal zelfstandigen. De wetgeving moet per 1 januari 2018 ingaan.

Preventie beroepsziekten

In 2018 begint een vierjarig programma preventie beroepsziekten. Dit richt zich de eerste twee jaar in ieder geval op het voorkomen van nadelige gezondheidseffecten van het werken met gevaarlijke stoffen.

Compensatieregeling oudere werknemers

SZW verruimt de doelgroep van de compensatieregeling loonkosten bij ziekte van oudere en voormalig langdurig werklozen (no-riskpolis voor ouderen) tijdelijk vanaf 1 januari 2018. De mensen uit deze doelgroep die zijn geboren voor 1 januari 1962 en in 2018 of 2019 vanuit de WW als werknemer gaan werken, krijgen toegang tot de regeling. Als deze mensen ziek worden, kunt u voor hen een Ziektewetuitkering van het UWV krijgen. Dat maakt het voor u aantrekkelijker om hen in dienst te nemen.

Versnelde verhoging AOW-leeftijd

Vanaf 2016 geldt een versnelling voor de stapsgewijze verhoging van de AOW-gerechtigde leeftijd. In 2018 gaat de AOW-gerechtigde leeftijd met drie maanden omhoog naar 66 jaar. Houd rekening met deze snellere stijging van de AOW-leeftijd de komende jaren en bereid u goed voor met gericht HR-beleid voor uw (steeds) oudere werknemers.

Zwangerschapsverlof en kinderopvang

Per 1 april 2018 gaat een wetswijziging in waardoor vrouwen die zwanger zijn van een meerling 20 weken verlof hebben rond de geboorte. Verder gaat op 1 januari 2018 de Wet innovatie en kwaliteit kinderopvang gelden. Hierdoor stijgen de uurprijzen in de kinderopvang. De overheid verhoogt daarom tegelijkertijd de vergoede maximumuurprijs voor de kinderopvangtoeslag.

Koopkrachtcompensatie

Een algemene maatregel van het kabinet is een koopkrachtreparatie van groepen die achter dreigen te blijven, zoals uitkeringsgerechtigden en gepensioneerden. Het gaat om de verhoging van de ouderenverkorting en ter dekking daarvan een lichte verlaging van de algemene heffingskorting en de alleenstaande ouderenkorting. In aanvulling daarop stijgt de zorgtoeslag, gaat de bijstand minder snel omlaag en neemt het kindgebonden budget toe. Ter compensatie vindt een kleine verlaging plaats van de inkomensondersteuning AOW. Het eigen risico voor de zorg blijft ook in 2018 €385, zo hebben de partijen die onderhandelen over een nieuw kabinet uitgesproken.

 

Bron: PW